English De Bruijn & Co op LinkedIn

Gedeeltelijke opwaardering vordering door borg van zustervennootschap

Stel een bv verstrekt een lening aan een niet-gelieerde vennootschap. De schuldenaar komt in financiële moeilijkheden, zodat de bv haar schuldvordering afwaardeert. Enige tijd later gaat deze vennootschap tot hetzelfde concern behoren als haar schuldeiser. Bovendien gaat een zustermaatschappij van de bv borg staan voor de schulden van de vennootschap. In deze situatie stijgt de bedrijfswaarde van de schuldvordering van de bv. Deze waardestijging telt als een onbelaste informele kapitaalstorting als de zustermaatschappij niet borg zou hebben gestaan als de schuldenaar een derde was geweest. Zou de zustermaatschappij wel borg hebben gestaan voor een derde, maar dan voor een lager bedrag? Dan is de waardestijging van de schuldvordering alleen onbelast voor zover de waardestijging dit lagere bedrag overtreft.

Om een schuldvordering te kunnen afwaarderen, moet de lening wel zakelijk zijn – desnoods door op de rentevergoeding een fiscale correctie toe te passen.