English De Bruijn & Co op LinkedIn

Agiostorting: niet zo

Voor mensen met een wat groter bedrag aan spaargeld kan het lonen om dit vermogen onder te brengen in een geldzak-bv. Dit is een vennootschap zonder onderneming maar wel met (vaak aanzienlijke) bedragen aan liquide middelen. Zo’n bv kan het resultaat zijn van een bv die haar onderneming, onroerend goed of voorraden heeft verkocht, maar steeds vaker wordt zo’n bv specifiek opgericht om een spaarbedrag in onder te brengen. Hiermee wordt bereikt dat dit bedrag niet in box 3 wordt belast, waar de belastingdruk vaak hoger zal zijn dan de opbrengst van dit vermogen. In plaats daarvan zal de bv vennootschapsbelasting betalen en de aandeelhouder (afhankelijk van het dividendbeleid) direct of later worden aangeslagen in box 2.

Problemen kunnen echter ontstaan als men nog niet beschikt over een bv, omdat deze nog in oprichting is. Dat de bv opgericht moet zijn voor de peildatum in box 3 (doorgaans 1 januari) zal duidelijk zijn, omdat pas vanaf het moment van oprichting de bv eigenaar van de aan haar toevertrouwde middelen kan zijn. Dat ondervond een aandeelhouder die vlak voor de peildatum een bedrag als agiostorting overmaakte naar een derdenrekening van de notaris. Na de oprichting maakte de notaris dit bedrag uiteraard over naar de bv. Volgens Hof Den Bosch bleef – tot de oprichting van de bv – het bedrag tot het box 3-vermogen van de aandeelhouder behoren.

De rechter was het met de inspecteur eens dat tot aan het moment van de oprichting van de bv het bedrag het vermogen van de aandeelhouder niet had verlaten.