English De Bruijn & Co op LinkedIn

Principiële parkeerders

Principes zijn mooie dingen, maar ze kunnen u wel geld kosten. Dat bleek maar weer eens in twee rechtszaken die eindigden bij de Hoge Raad resp. Hof Amsterdam.

In de eerste zaak procedeerden partijen over de kostenvergoeding van een hoorzitting. Alhoewel: was het wel een echte hoorzitting? Het was slechts een telefonische hoorzitting. Een automobilist was opgelopen tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting, maar partijen waren het er over eens dat die aanslag niet terecht was en dus van tafel moest. Men verschilde enkel nog van mening over de vraag of er recht bestond op een kostenvergoeding voor het ingediende bezwaar. De gemeente nodige de belastingplichtige daarom uit voor een ‘telefonische hoorzitting’. De belastingplichtige wilde ook voor die hoorzitting een kostenvergoeding hebben, nu hij eerder het geschil in de hoofdzaak had gewonnen. Maar de Hoge Raad ging hier niet in mee. Een telefonische hoorzitting, na de aankondiging van de gemeente dat een aanslag zal worden vernietigd, kan volgens de Hoge Raad niet gelijk kan worden gesteld met een ‘echte hoorzitting’.

In een zaak die speelde bij Hof Amsterdam was de parkerende automobilist eveneens in het gelijk gesteld, onder toekenning van een kostenvergoeding. Alleen had de rechter een kleine rekenfout gemaakt, zodat de man zegge en schrijven één euro te weinig had gekregen. Ach, rekenen is voor veel juristen niet het sterkste punt! Maar zoals gezegd: principes zijn principes en er werd voor die ene euro vrolijk hoger beroep ingesteld. En ook voor dat hoger beroep werd uiteraard weer om een kostenvergoeding gevraagd. Maar aan die onzin deed het hof niet mee. De man kreeg zijn euro, maar bij beroep tegen een ‘kennelijke en evidente vergissing van de rechtbank voor een absoluut en relatief zeer gering bedrag’ is het maken van kosten (ook voor beroepsmatige rechtsbijstand!) niet redelijk.

De man mocht nog van geluk spreken: zijn griffierecht voor het hoger beroep werd vergoed.